Jeremia 37:13

SVAls hij in de poort van Benjamin was, zo was daar de wachtmeester, wiens naam was Jerija, de zoon van Selemja, den zoon van Hananja; die greep den profeet Jeremia, zeggende: Gij wilt tot de Chaldeen vallen!
WLCוַיְהִי־ה֞וּא בְּשַׁ֣עַר בִּנְיָמִ֗ן וְשָׁם֙ בַּ֣עַל פְּקִדֻ֔ת וּשְׁמֹו֙ יִרְאִיָּ֔יה בֶּן־שֶֽׁלֶמְיָ֖ה בֶּן־חֲנַנְיָ֑ה וַיִּתְפֹּ֞שׂ אֶֽת־יִרְמְיָ֤הוּ הַנָּבִיא֙ לֵאמֹ֔ר אֶל־הַכַּשְׂדִּ֖ים אַתָּ֥ה נֹפֵֽל׃
Trans.wayəhî-hû’ bəša‘ar binəyāmin wəšām ba‘al pəqiḏuṯ ûšəmwō yirə’îyāyh ben-šeleməyâ ben-ḥănanəyâ wayyiṯəpōś ’eṯ-yirəməyâû hannāḇî’ lē’mōr ’el-hakaśədîm ’atâ nōfēl:

Algemeen

Zie ook: Chaldeeën, Jeremia (profeet), Jerija, Jeruzalem (Poorten)

Aantekeningen

Als hij in de poort van Benjamin was, zo was daar de wachtmeester, wiens naam was Jerija, de zoon van Selemja, den zoon van Hananja; die greep den profeet Jeremia, zeggende: Gij wilt tot de Chaldeen vallen!


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יְהִי־

-

ה֞וּא

-

בְּ

-

שַׁ֣עַר

Als hij in de poort

בִּנְיָמִ֗ן

van Benjamin

וְ

-

שָׁם֙

-

בַּ֣עַל

was, zo was daar de wachtmeester

פְּקִדֻ֔ת

-

וּ

-

שְׁמוֹ֙

wiens naam

יִרְאִיָּ֔יה

was Jerija

בֶּן־

de zoon

שֶֽׁלֶמְיָ֖ה

van Selémja

בֶּן־

den zoon

חֲנַנְיָ֑ה

van Hananja

וַ

-

יִּתְפֹּ֞שׂ

die greep

אֶֽת־

-

יִרְמְיָ֤הוּ

Jeremía

הַ

-

נָּבִיא֙

den profeet

לֵ

-

אמֹ֔ר

zeggende

אֶל־

-

הַ

-

כַּשְׂדִּ֖ים

Gij wilt tot de Chaldeën

אַתָּ֥ה

-

נֹפֵֽל

vallen


Als hij in de poort van Benjamin was, zo was daar de wachtmeester, wiens naam was Jerija, de zoon van Selemja, den zoon van Hananja; die greep den profeet Jeremia, zeggende: Gij wilt tot de Chaldeen vallen!


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!